Vanuit een onderuitgezakte houding op de bank staar ik de woonkamer in. Mijn ogen houden een punt vast op de witte buffetkast. Hoe lang ik al zo zit weet ik niet, maar dat het langer is dan ik wilde besef ik maar al te goed. Een to-do lijst ligt nog op mijn schoot, maar het duurt niet lang of het dwarrelt naar de grond.
Het is precies een week geleden dat we kwetsbaar waren, mijn man en ik. Dat we de moed vonden om familie en vrienden deelgenoot te laten zijn in onze situatie. Na lang praten en het maken van overwegingen, kozen we voor openheid. We hebben gedeeld via een mail dat we via de spontane weg nooit een kindje zullen krijgen. Dat we al heel wat jaren aan het wachten zijn op een kindje, aan het hopen en bidden. We hebben verteld dat we hierbij veel pijn ervaren en dat we moeite hebben met het zien van het kindergeluk van anderen. Waar we eerder smoesjes verzonnen, waren we allebei eerlijk en oprecht en hebben we huilend op de knop ‘verzenden’ gedrukt.
De reacties waren wisselend. We kregen een lief kaartje, wat mailtjes en van sommigen hoorden we helemaal niets. Als sommige opmerkingen terecht zouden zijn, vraag je je af waarom ongewild kinderloos zijn een probleem is. Je houdt namelijk veel meer geld over als je geen kinderen hebt. Een kind kost tot zijn 18e levensjaar een ton en dat geld kunnen wij nu allemaal aan onszelf uitgeven. We kunnen verre reizen maken als we daar zin in hebben. En mazzel met tijd hebben we ook. Niet perse in de schoolvakanties een vakantie boeken. Geen doorwaakte nachten, niet om zes uur in de morgen mijn bed, en uit het werk kunnen we op de bank liggen, omdat er niemand is die de aandacht opeist. En wist je dat je zonder kinderen ook heel gelukkig kan worden? We mogen ons bofkonten noemen, want kinderen hebben is ook niet alles.
Verhalen over tantes van vrienden, vrienden van familie die met hetzelfde probleem te kampen hadden werden me ongevraagd voorgeschoteld. Meestal raakte het stel in kwestie in kwestie toch zwanger toen ze hun kinderwens eenmaal hadden losgelaten. Als ik mijn omgeving mag geloven, gebeurt dit bij hele volksstammen. Je vraagt je af waar de medische wereld eigenlijk mee bezig is. De beste manier om zwanger te worden, als ik mijn omgeving moet geloven, is door het niet te willen. Zodra je de wens loslaat word je zwanger. Ik neem dan voor het gemak aan dat miljoenen vrouwen eigenlijk geen kinderen wilden en daardoor spontaan zwanger raakten. En dat ik, rund dat ik ben, zo stom was om ook echt kinderen te willen, waardoor ik nu zonder zit.
Mij ontgaat de logica volkomen.
Al deze verhalen en opmerkingen die bedoeld waren om me op te beuren en te steunen doen juist het omgekeerde. Ik heb verdriet. Ik wil niet opgebeurd worden met hoopvolle verhalen. Het is een lastig verdriet. Het is rouwen om iets wat er nog steeds niet is geweest.
Natuurlijk begrijp ik dat het ook ontzettend lastig om daarmee om te gaan. Wat zeg je tegen iemand die haar kinderwens niet in vervulling ziet gaan? Bij een overlijden kun je weg komen met een ‘gecondoleerd’, bij ziekte volstaat ‘beterschap’ of ‘sterkte’. Maar wat zeg je tegen iemand die gezegd heeft dat de kans op kinderen sterk verminderd is. Natuurlijk is het niet gek dat de omgeving daar geen raad mee weet.
Vanuit een onderuitgezakte houding op de bank staar ik de woonkamer in. Ons leven gaat ook gewoon door alsof er niets gebeurd is. De omgeving heeft gereageerd, of niet. Van de buitenkant is er niets te zien, er is niks veranderd.
Ik ben verward. Iedereen gaat door. Wij gaan door.
Alleen wel met een groot verschil.
reacties (0)