Vrijdag 19 december
Achteraf valt meestal te zeggen dat de tijd tot iets toch wel snel gegaan is. Vandaag is het de dag waar ik de nachten naartoe afgeteld heb. Een afspraak bij het UZ te Gent, een soort van voortgangsgesprek met uitslagen.
In de morgen kunnen we samen uitslapen. We nemen de tijd voor een uitgebreid ontbijt en gaan om half 12 de deur uit. We moeten ons om kwart over één bij de balie melden en ons wordt uitgelegd hoe we bij de afdeling urologie komen voor een sperma analyse.
Netjes op tijd melden we ons bij de balie. We krijgen een potje mee en worden naar een speciale kamer gestuurd. De procedure is bekend, hoe lachwekkend en bizar we het eerst vonden, hoe normaal het nu is bij meer dan de7e keer.
Om half twee is alles klaar. Onze volgende afspraak is pas een uurtje later, dus we besluiten nog wat te drinken in de kantine. Ik vind het iedere keer weer zo leuk om te zien hoe het ziekenhuis dat geregeld heeft. Dokters, operatiemedewerkers, verpleegkundige, patiënten en bezoekers eten allemaal in dezelfde ruimte.
Iets voor tijd lopen we via buiten richting het gebouw waar we ons moeten melden.
Om tien voor drie worden we naar binnen geroepen. Eerder kon ik me het gezicht van de gynaecoloog me niet meer herinneren, maar bij het zien van haar vriendelijke blik, het horen van haar zachte stem, en manier van benaderen weet ik weer dat zij mijn favorietste tot nu toe is.
Ze vraagt waar wij mee willen beginnen. We willen graag eerst alle uitslagen weten. De sperma analyse print ze uit en ze neemt ons mee in alle gegevens. Er zijn 13,9 miljoen zaadcellen gevonden waarvan er 44% goed bewegelijk zijn. Een prima score, wat bij ons meestal een uitzondering is.
Dan bekijkt ze de uitslag van de MAR-test op het formulier. Een score van 94%. De test en score zegt me niets en eerst denk ik dat het getal 94 waarschijnlijk erg goed zal zijn.
Ze vertelt dat ze schrikt van het hoge percentage. De score vertelt ons dat mijn man antistoffen aanmaakt tegen zijn eigen zaadcellen. Daardoor kunnen de zaadcellen niet de eicellen doorprikken om een bevruchting tot stand te brengen. De score behoort 0% te zijn. Het getal 94 blijkt een behoorlijke zeldzame score te zijn
Het is een belangrijk onderdeel in het geheel en zorgt dat IVF lastig, zo niet onmogelijk gaat worden. De kans op een spontane zwangerschap komt hiermee onder de 3% procent te liggen, wat het verschil met IUI niet had gemaakt. Ook al hadden we daarin meer dan 100 pogingen laten doen.
Daarmee wordt per direct besloten dat IVF plaats gaat maken voor ICSI.
Verder waren er geen bijzonderheden gevonden in ons beidde bloeduitslagen. Geen Soa’s of hormoonafwijkingen. Er waren alleen geen antistoffen gevonden tegen hepatitis b, dus we zullen ons binnenkort hiervoor moeten vaccineren.
De score voor mijn ‘eitjes voorraad’ was goed, maar ze had gehoopt dat het wat hoger zou zijn voor mijn leeftijd. Alleen met het toedienen van de hoeveelheid hormonen moeten we daar rekening mee houden.
Ons volgende afspraak wordt gepland op 16 januari.
Voor het weten lopen mijn man en ik hand in hand naar onze auto. Ik merk dat ik erg moe ben van het gesprek en een paar tellen later barst ik huilen uit.
Hoewel ik weet dat het voor ons als stel IVF of ICSI niet uitmaakt, het is immers alleen een extra stap in het labo, voel ik me verdrietig. Steeds als er voor een bepaalde richting is gekozen, blijken er beren op de weg en wijzigt het plan.
En steeds weer die vraag die naar boven drijft; waar ligt onze grens?
reacties (0)