Daar lig ik dan. De koude kamer met witte muren en allerlei instrumenten om me heen – en waar eenvoudige kansberekening de behandeling bepaalt - doet onpersoonlijk aan. Een vriendelijke, nochtans afstandelijke arts voor de inseminatie uit en tracht hiermee onze grootste wens in vervulling te laten gaan.
Ruim 2,5 jaren geleden besloten we dat wij kinderen wilde. Er was toen nog geen dringende behoefte om snel zwanger te worden en evenmin lag het in onze verwachting dat het snel raak zou zijn. We zouden wel zien; ‘Als het komt, dan komt het…’
Maar het kwam niet. En het verlangen groeide. Na anderhalf jaar bezochten we de dokter en werden doorgestuurd naar de gynaecoloog. Na meerdere onderzoeken bleek mijn man geen goed spermakwaliteit te hebben. We werden aangewezen op IUI.
Ik heb vaak huilend met wéér een witte test in mijn handen gestaan. Of flinke boosheid gevoeld als ik wéér rood ontdekte bij een toiletbezoek. Dan nog niet gesproken over de jaloezie die vrijkwam nadat ik iemand hoorde zeggen: ’Ik ben zwanger!’
In de ochtend ben ik hoopvol en opgewonden. Snel het huis nog poetsen en wachten totdat manlief van zijn werk komt. Hij moest vanmorgen snel nog vrij vragen voor in de middag, maar het was gelukkig geen probleem.
Als we eenmaal in het ziekenhuis een formulier bij de afdeling gynaecologie hebben opgehaald, mag mijn man zijn bijdrage in een potje doen. Samen duiken we een toilet in. Het voelt alsof we iets doen wat niet mag en door de spanning barsten we allebei in een lachen uit. Een kwartier later leveren we zijn goedje in bij het lab. Het duurt ongeveer anderhalf uur voordat alles bewerkt is. We besluiten samen richting de stad te rijden en een hapje te gaan eten in het zonnetje.
Daar lig ik dan. Zojuist zijn er 60 miljoen zaadjes mijn baarmoeder ingespoten. 60 miljoen!! Ik heb alleen maar durven dromen over dat aantal. Ik heb 4 keer aan de laboratoriummedewerker gevraagd of hij zich niet vergiste.
De arts is vertrokken en heeft geadviseerd nog tien minuten te blijven liggen. Manlief zit naast mij en samen wachten we. Een onwerkelijk gevoel. Het heeft niets meer met intimiteit te maken. Wat ik iedere dag nog jammer vind. Toch voelen we ons intens verbonden.
Vanavond zullen we extra dicht tegen elkaar aankruipen…
reacties (0)