Peking: de wereld van Lotus

Als Lotus zou vertellen over haar wereld, zou ze dit zeggen:


Huizen zijn stukjes van hoge gebouwen. Soms is daar het licht aan, soms uit. Soms is het licht aan maar hebben ze het gordijntje dicht gedaan. Dan gaan de mensen bijna slapen. En de hondjes ook.



Vanuit ons huis kun je de metro zien. De metro gaat 's nachts ook slapen, zegt papa. Maar ik heb het nog nooit gezien. Als we in het donker nog samen naar buiten kijken, gaan er altijd mensen in en uit de metro.



Wij gaan vaak met de metro. Die rijdt door een hele lange tunnel. Behalve de metro met de gele streep. Die rijdt boven de grond. Dan kun je lekker uit het raampje kijken. Naar de huizen en de bomen en de auto's en de bussen. Uit het raampje kijken is leuk. Er is veel te zien.



Als er geen zitplaats is in de metro, dan staat er iemand voor mij op. Maar dat kan mij lekker niets schelen. Papa moet mij vasthouden.



In de zomer gaan we soms met de fiets. Dan mag ik bij papa achterop. In de speciale Lotus-stoel. De andere fietsen hebben geen Lotus-stoel. Alleen die van papa. Ik moet recht blijven zitten. Anders is het gevaarlijk, zegt papa. Dan valt mijn hoofd eraf.



De straten zijn groot. Er kunnen twee auto's naast elkaar rijden. Soms wel drie! En er staan ook veel auto's geparkeerd.



Papa heeft geen auto. Hij zegt, dat dat gelv... gelspil... geldspilding is. Hij zegt dat auto's altijd de weg blokkeren.



Papa heeft wel een scooter. Die kan heel hard, zegt hij. Maar papa moet wel elke dag de batterijen opladen. De batterijen zijn groot en zwaar. Hij zet ze altijd onder het bureau van de spenenplaats. Heel soms, in de zomer, rijdt papa met mij door ons wijkje met de scooter. Ik sta dan voor hem. Tussen papa en het stuur. Papa rijdt langzaam. Hij rijdt helemaal niet hard! Maar rijden is leuk. Als ik later groot ben, koop ik ook een scooter.



Soms ga ik spelen bij Shuaishuai. Shuaishuai is al drie. Hij gaat al naar school. Hij woont op de 18e vloer. Ik woon op de tweede. Als ik bij Shuaishuai uit het raam kijk, zie ik niks. Alleen lucht. En het volgende gebouw. Als de lucht niet te vies is.



De hoge gebouwen van ons wijkje staan samen in een parkje. Er staat een hek omheen. Er zijn twee poorten. Daar kan je door het hek. Er staan altijd bewakers bij. Maar wij mogen er altijd door. Want wij hebben de sleutel. Dan zegt het hek PIEP en dan kan je hem opendoen.



Er is ook een glijbaan en een klimrek. Ik weet precies de weg. Bij de glijbaan zijn vaak andere kindjes. En oma's. En moeders. Die letten heeeeel goed op hun kindjes. Ze zijn heel vaak tegen hun kindjes aan het praten. Maar nooit tegen mij. Alleen tegen hun eigen kindjes. Soms laten ze hun kindjes plassen in het zand naast het klimrek. Ik plas daar niet in. Ik graaf daar alleen in. Met mijn schepje. Of soms met mijn handjes. Zand is leuk!



Soms is oma er. Ik vind dat leuk. Van oma mag ik alles. Oma wordt nooit boos. En ze doet alles voor mij. Ik hoef niet aan tafel voor het eten. Ik mag altijd eten. Ik kan gewoon spelen en dan stopt oma het eten wel in mijn mond. Zo word ik groot en sterk. Oma is lief en goed voor mij.


1150 x gelezen, 1

reacties (0)


  • Si78

    Heel leuk blog! Maar ik zou gillend gek worden in China...

    Maar ach je meisje weet niet beter, dit is haar wereld. En of het zoveel beter in Nederland is. Denk het niet.

    Geniet ze!

  • Fijne-mie

    Leuk om te lezen!

    Onder tablet en telefoons kun je bijna niet onderuit!ze groeien er mee op.

    Geniet van je kleine de tijd vliegt

  • china-dad

    Ja het is heerlijk, zo'n peuter. Ik geef toe het geeft wat rommel maar hoe rollen wcpapier beschouwd worden als bouwmateriaal, is onbeschrijflijk! (zojuist gebeurd hier

  • Fijne-mie

    Leuk leuk leuk!kinderen zijn gauw tevreden he!

    Dubbel genieten

  • china-dad

    Dan heb ik het nog niet eens over de telefoons en tablets waar ze mee opgroeit. En de luchtfilter-apparaten, en de airconditioners en de watertank voor het drinkwater... :-P