Lieve Dalton,
Daar liggen we dan. We zijn nu een week verder nadat we de uitslag van je bloedonderzoek kregen en inmiddels liggen jij (in een mooi ziekenhuisbed) en ik (op een opklapbedje) op de kinderafdeling in Groningen.
Vorige week dinsdag hoorden we dat de borrelia bacterie in je bloed was aangetroffen en dat we naar de kinderarts werden door verwezen. Daar hadden ze pas begin november plek voor ons. Na flink wat heen en weer gebel konden we vorige week woensdag, 23 oktober, terecht op de spoedafdeling. Daar is altijd een kinderarts beschikbaar en die zou naar je kijken.
We kwamen daar om 11u aan. Gelukkig kon de buurvrouw op Ronin passen. Eerst het hele verhaal aan de verpleegkundige verteld. Toen nog weer aan een arts-assistent. En na 1,5 uur besloten ze toch om je naar de kinderafdeling te brengen en daar een lumbaalpunctie te doen, of te wel: een ruggenprik. Ze zouden met een lange naald in je rug prikken om zo hersenvocht af te nemen.
We hebben daar een tijdje gespeeld. Je kreeg toverzalf op je ruggetje. So far so good.
We gingen even plassen en op moment dat we terug kwamen in het kamertje stond daar een heel peloton aan witte jassen. Een arts, verschillende co assistenten en nog een paar verpleegkundigen. Dat was wel even schrikken!
Je moest op je zij op bed gaan liggen, gekruld met je hoofd naar je knieën. De verpleegkundige hield je schouder en heupje vast om je zo in bedwang te houden. Maar toen de naald in je rug ging schreeuwde je het uit en trok je in een reflex recht. Ik heb toen je hoofdje gepakt en weer terug naar je knieën geduwd. Toen werd je wel weer rustig. Ik zag hoe de arts drie buisjes met hersenvocht vulde. Wat ontzettend prachtig was dat om te zien. Het was zo helder. Zo puur. Nog helderder dan water. Onvoorstelbaar.
Nadat ze klaar waren met de punctie moest je nog een tijd stil blijven liggen. Je was zo moe dat je in slaap viel. Later hebben ze nog weer bloed bij je afgenomen om ook dat weer te kunnen checken.
Een paar cadeautjes later en om 16:00 u waren we eindelijk weer thuis.
En toen begon het wachten..
Donderdag was oma bij je thuis. Ze belde dat je pijn had in je rug en zodra als je wilde liggen je begon te huilen van de pijn. We hebben de kinderarts toen gebeld om te horen of dat van de punctie kon komen. Maar de punctie was zo goed gegaan dat dat onmogelijk was. Wel mochten we een paracetamol spiegel opbouwen tegen de pijn. Daar leek je van op te knappen. Maar toen we na het weekend stopten zoals afgesproken kwamen daar de pijnen wel weer terug.
Stiekem hadden we gehoopt voor het weekend nog de uitlag te krijgen, maar helaas. Nog maar even genieten van het weekend dan maar. Ik wilde zondag met je naar de bios, naar Planes. Maar dat was geen succes. Je hebt er heerlijk zitten kleuren en de popcorn vond je geweldig, maar toen we die donkere zaal in moesten ging je blik op onweer en kreeg ik je niet mee naar binnen. Omdat ik de kaartjes niet meer terug mocht geven aan de kassa hebben we toen een ander jongetje met zijn mama blij gemaakt met de kaartjes. Buurvrouw regelde voor jou nog wel een enorme poster van Planes speciaal voor jou.
Maandag was echt een zenuwslopende dag. We zouden 's ochtends gebeld worden, maar we hoorden niks. Papa belde toen zelf waarop we terug gebeld zouden worden. Toen we gebeld werden wisten ze nog eigenlijk niks. Er waren te veel witte bloedlichaampjes in je hersenvocht gevonden, dat was niet goed. Dat kon duiden op de bacterie maar ook op iets anders. Ook zou je bepaalde klachten moeten hebben als het in je hersenvocht zou zitten, zoals aangezichtsverlamming, maar dat had je niet. Ze gingen nog weer aanvullend onderzoek doen. En wij moesten nog maar weer langer wachten. Erg onzeker allemaal. Waardoor we ook begonnen te twijfelen of wij wel serieus werden genomen.
Dinsdag, we zouden vanmiddag wat horen. Het duurde papa allemaal te lang. Helemaal op van de zenuwen belde hij om 14 uur maar weer zelf. Nee de uitslag was er pas op zijn vroegst om 15u, maar mogelijk pas aan het einde van de middag. Nog maar weer wachten.
15:05. De telefoon. Met meneer de kinderarts. Ja er waren overduidelijk antistoffen in je hersenvocht gevonden, antistoffen tegen de Lyme. We moesten naar het ziekenhuis komen om antibiotica via het infuus te krijgen.
Mama heeft toen even een potje staan janken. Wat een gedoe door zo'n klein beestje. Waarom wij? Waarom jij?
Toen we het je vertelde begon je ook te huilen. Je wilde niet naar het ziekenhuis. Maar toen de ergste schrik voorbij was heb je stoer geholpen met kleertjes uitzoeken en de tas in te pakken. Ook mama's kleren heb je netjes ingepakt. En zo gingen we, bepakt naar Groningen.
Eenmaal in Groningen moesten we nog een tijd wachten. We kregen je kamer toegewezen. Daar liggen we met zijn tweetjes. Je naam met mooie letters op je deur.
De verpleegkundige noteerde al onze gegevens. En bracht toverzalf aan op je handjes. Je begon te huilen, want je wist dondersgoed wat er na het aanbrengen van de toverzalf zou gebeuren: prikken.
We wachten een tijd. Speelden in de speelkamer. Het liep tegen etenstijd en we hadden flinke trek. Ondanks dat ze niet op ons hadden gerekend kreeg jij warm eten met een lekker toetje en was er voor mama en papa ook brood met een toetje en een beker melk.
Aan het begin van de middag was er dan iemand die het infuus kon inbrengen. We hadden haar woensdags ook al gezien. Het prikken in je handje deed je heel erg zeer. Het bloedde ook wel een beetje. Maar toen het er eenmaal zat gingen het ook goed.
Tegen 20:00 kon je eindelijk aan het infuus met antibiotica. Na drie kwartier was je klaar en tegen 21:00 sliep je dan ook eindelijk. Doodop van alle indrukken.
Nu lig je lekker te slapen. Af en toe hoor ik je speentje heen en weer gaan. Straks werd je even huilend wakker. Je had pijn in je been en moest plassen. Maar als snel sliep je weer. Ik hoop dat je voor de rest van de nacht lekker zult slapen. Mama moet in ieder geval nog een beetje wennen aan iedereen die binnen komt lopen.
Papa is vandaag, woensdag 30 oktober, ook nog jarig. Ik kon de afgelopen dagen het niet opbrengen om een cadeau te regelen. Ik moest eerst weten dat het met jou goed was voor we iets konden vieren. Ik vind dat wel jammer en sneu voor papa. Hij is zo lief voor ons. Gelukkig hebben we samen nog wel een kaartje kunnen kopen die we samen nog zullen schrijven. Helaas geen knutselwerkjes dit keer. En een cadeau houdt hij tegoed. Maar ik hoop hem snel een opgeknapte zoon cadeau te kunnen doen.
Slaap lekker lieverd, hopelijk knap je snel en vooral ook helemaal op!
Omdat je altijd antistoffen zult houden, zo vertelde de arts, is het lastig na te gaan of je helemaal bent opgeknapt en is het in de toekomst ook moeilijk om eventuele nieuwe infecties aan te tonen. Wij zullen je heel goed in de gaten moeten houden. Het is ook onduidelijk of je hier helemaal van op zult knappen. Maar de tijd zal het leren. Na de antibiotica zullen we dus nog niet zorgen-vrij zijn. We zullen altijd onzeker blijven of je nu gewoon last hebt van peuterperikelen of last hebt van de Lyme.
We gaan je gewoon goed in de gaten houden. Dat hadden we anders ook wel gedaan hoor! Voor nu blijf ik bij je en samen komen we de tijd wel door!
Ik hou van je!
Liefs mama
reacties (0)