Twee blogs geleden vroeg ik mij af hoe het werkte met de opbouw van baarmoederslijmvlies. Dit heb ik even opgezocht:
www.smc.nl/word_2006/002_voortplantingshormonen_bio.doc (inclusief de afbeeldingen)
De menstruatiecyclus bij de mens is een gebeurtenis waarbij verschillende processen tegelijkertijd en in onderlinge afhankelijkheid plaats vinden. De aanvang, het voortduren en het beëindigen van deze processen wordt gestuurd door hormonen. In totaal hebben vijf hormonen invloed op het verloop van de menstruatiecyclus en in dit verhaal staan we er wat nader bij stil.
Een menstruatiecyclus duurt gemiddeld 28 dagen. In die 28 dagen verandert de dikte van het baarmoederslijmvlies voortdurend.
De menstruatiecyclus begint met de aanvang van de menstruatie. De dikte van het baarmoederslijmvlies neemt in een dag of vijf sterk af. Vervolgens wordt het slijmvlies weer opgebouwd. In het begin gaat de opbouw snel maar al snel vermindert de toenamesnelheid. Gemiddeld veertien dagen na het begin van de menstruatie vindt de ovulatie plaats waarbij een eicel vrijkomt. Deze kan bevrucht worden of niet. Als er geen bevruchting plaatsvindt, eindigt de cyclus met de aanvang van een volgende menstruatie.
We gaan deze cyclus nogmaals bekijken maar nu vanuit de werking van de hormonen.
Op het moment dat de menstruatie begint, gaat de hypofyse meer FSH afgeven en de concentratie FSH stijgt in de eerste week van een menstruatiecyclus tot een maximum.
Via het bloed komt dit hormoon ook bij de eierstokken of ovaria terecht, de doelwitorganen. Daar zet het de rijping van een aantal follikels in gang. FSH betekent Follikel Stimulerend Hormoon. FSH zorgt er bovendien voor dat de rijpende follikels meer van het geslachtshormoon oestrogeen gaan produceren.
Na de menstruatie zorgt een toenemende concentratie oestrogeen er voor dat het baarmoederslijmvlies weer wordt opgebouwd. Het is gunstig dat tegelijkertijd met de rijping van een aantal follikels de opbouw van het baarmoederslijmvlies plaatsvindt. Zo zal er op het moment dat een bevruchte eicel zich wil gaan innestelen een baarmoederslijmvlies aanwezig zijn dat ver genoeg ontwikkeld is om in te kunnen nestelen.
De concentratie oestrogeen stijgt geleidelijk gedurende de eerste helft van de menstruatiecyclus. Vlak voor de ovulatie daalt de concentratie weer sterk. De piek in de oestrogeenconcentratie zet de hypofyse aan om meer van het hormoon LH te gaan produceren.
De hypofyse produceert slechts een aantal dagen het hormoon LH. Meteen na de ovulatie daalt de concentratie weer sterk.
Door LH gaat de follikel die het meest is gerijpt vocht opnemen. Dit follikel zwelt op en barst uiteindelijk open waarbij er een eicel vrijkomt. Dit noemen wij de ovulatie of eisprong. Bij een gemiddelde menstruatiecyclus gebeurt dit op dag 14. Daarnaast zorgt LH ervoor dat het restant van het follikel dat achterblijft in de eierstok zich ontwikkelt tot het zogenaamde gele lichaam. Dit gele lichaam gaat naast oestrogeen ook progesteron produceren.
Progesteron en oestrogeen bouwen het baarmoederslijmvlies verder af en progesteron zorgt ervoor dat het slijmvlies in stand gehouden wordt. Daarnaast remt progesteron de productie van LH en FSH door de hypofyse.
Wat er hierna gebeurt, is afhankelijk van of de eicel wordt bevrucht of niet. In het geval dat de eicel wordt bevrucht, gaat de bevruchte eicel, die ook wel zygote wordt genoemd, zich met twee zaken bezig houden. Ten eerste begint de zygote te delen. Dit zijn de zogenaamde klievingsdelingen waarbij het aantal cellen toeneemt maar het totale volume van de cellen niet. Ten tweede gaat de trofoblast, een bepaald stadium van de zygote, het hormoon HCG produceren.
Dit hormoon is van levensbelang voor de zygote want door de verhoogde HCG concentratie blijft het gele lichaam in stand. En zolang het gele lichaam er is, wordt er progesteron geproduceerd en zal het baarmoederslijmvlies niet worden afgebroken.
De HCG concentratie verdubbelt vanaf de bevruchting iedere twee dagen tot een maximum in week tien van de zwangerschap. Ongeveer twee weken na de bevruchting, dat is dus wanneer een vrouw de menstruatie weer verwacht als ze niet zwanger zou zijn, is de concentratie HCG dusdanig dat een zwangerschapstest het hormoon detecteert in de urine.
De grafiek van de progesteronconcentratie laat een sterke stijging zien na de ovulatie om gedurende de zwangerschap hoog te blijven. Na drie maanden neemt de moederkoek of placenta de functie van het gele lichaam over.
Als er geen bevruchting plaatsvindt, gaat de eicel 24 uur na de ovulatie ten gronde. Er zullen geen klievingsdelingen plaatsvinden en er wordt geen HCG geproduceerd. Door het wegblijven van HCG verschrompelt het gele lichaam en wordt de productie van oestrogeen en progesteron steeds minder.
Hierdoor wordt het baarmoederslijmvlies niet meer in stand gehouden en wordt het uitgedreven. Door een dalende progesteronconcentratie wordt de hypofyse niet langer geremd en zal het weer FSH en LH gaan produceren en afgeven.
De cyclus begint weer van voren af aan.
reacties (0)