We zijn een week verder inmiddels. De fysiotherapeut herkent de plek en heeft het veel gekker gezien. Een opluchting! Want er kan dus iets aan gedaan worden. Na de 1e keer (op dinsdag 15 mei) hebben we oefeningen gekregen om te doen. Die volgen we nu 6 dagen. En er lijkt iets te veranderen! De harde bobbel (voelde als een knikkertje zo hard) is zachter aan het worden en de onderkant van zijn wang ziet nu ook blauw. Ik dacht dat dit een goede ontwikkeling was (de fysiotherapie werkt blijkbaar, want er verandert iets) maar toch.. Ergens.. Noem het moedergevoel of niet, maar na het weekend dacht ik: 'Weet je, ik bel even. Dan weet ik zeker dat dit hoort.'.
Maandag 21 mei. De fysiotherapeut zei direct dat hij dit niet herkende. De bloeding in zijn spier kan wel na verloop van tijd kleiner worden maar niet zo snel. En blauw en zachter had hij nog nooit gehoord. Hij adviseerde met klem het ziekenhuis terug te bellen. Oke, wat nu weer!?!?!?!
Maar weer het ziekenhuis gebeld. Dezelfde arts als bij zijn geboorte was er en dat stelde me een beetje gerust. Hij zou wel uitgebreid onderzoek laten doen, want nu wil ik het gewoon weten!!
In het ziekenhuis werd er weer een echo gemaakt. Maar ook deze radiologe wist niet waar ze naar aan het kijken was. Dus nog een dokter erbij. Hadden wij even 'mazzel', er was een vergadering van de radiologen dus binnen no-time stonden er vijf radiologen om Levi heen om deze 'interessante casus' te bekijken. Moeilijke termen waar we niets van begrepen, vlogen ons om de oren. 'Hij mist hier een ....... en daar lijkt wel een ...... gebied te ontstaan, maar wat dat betekent voor het ......, dat zie ik niet echt goed.'. Oke, kan iemand ook tegen ons praten?!?
Dat deden ze eigenlijk niet. Alleen maar zeggen dat ze de boeken weer in gingen duiken want dit kwamen ze niet vaak tegen... Interessant geval, dat wel. Ja, bedankt. Daar zaten we op te wachten zeg! Jemig... Subtiel, nee joh, we pakken wel gewoon een mokerhamer.
Terug in de behandelkamer vertelde de kinderarts wel eerlijk en rustig dat zij het nu ook niet meer wisten. Er zat onbekend weefsel in zijn wang, niemand die ons kon vertellen of het te maken had met de plek in zijn hals of dat het misschien iets anders was. We moeten nog deze week naar het Sophia Kinderziekenhuis. Weet je nog, die eerste woorden van de arts: 'Het is niet kwaadaardig, het is geen kanker.' Toen schrok ik me rot, nu wilde ik niets liever dan die woorden horen. Ik kon even niet meer en heb waar de dokters bij waren Levi vastgepakt en tegen me aangedrukt. Ze mochten niet meer aan hem komen. Ik heb alles op zijn kleine lijfje eruit gejankt.
We worden morgen (22 mei) gebeld door het ziekehuis wanneer we terecht kunnen.
reacties (0)