Ontzettend bedankt voor de reacties, het deed me goed om het te lezen. Voor ik verder ga met volume 3 zal ik eerst de vraag beantwoorden waarom ik voor hem heb gekozen. Waarom hij mijn man is.
Het antwoord is simpel. Onvervalste verliefdheid. Aantrekkingskracht. Een klik. Een klik, vaag begrip, raar woord. Is dat urenlang kunnen praten, gemeeschappelijke hobby's en interesses hebben, samen kunnen lachen, huilen en ruzie maken? Dat waren wij namelijk ten voeten uit. Zijn karakter kent in mijn ogen mooie kanten. Humor, een luisterend oor, ambitieus, innemend, sociaal en warm. Het ging snel bij ons, niet alleen het samen wonen, trouwen en het krijgen van een kind. Iets anders ook; namelijk de pieken en dalen. Ze volgden elkaar in een rap tempo op. Ik denk dat de pieken ervoor hebben gezorgd dat we van elkaar zijn gaan houden. Ik denk dat zijn spijt na een misstap, zijn verdriet en mijn angst deze liefde te verliezen ervoor zorgden dat ik mij vastbeet in de positieve gevoelens tussen ons en alles wat niet deugde voor lief nam. Totdat deze som een negatief saldo op de gevoelsrekening achterliet.
Op de vraag of hij een narcist is durf ik geen antwoord te geven. Hij is sinds kort in therapie en ik dacht dat hij een soort van smetvrees heeft, maar volgens zijn shrink is dat een uiting van onvrede. Wat uit de afgelopen 4 sessies naar voren is gekomen is dat hij volgens hem en de shrink veel woede in zich heeft (no shit, Sherlock). Dat is best sarcastisch bedoeld.
Nu volgt mijn derde obstakel. Het zal serieus geschreven worden want ik kan er geen humor in ontdekken. Ik vind het zo
rot, misschien hoort het op volume 1 of 2 want het gaat vooral over mijn kind.
Volume 3: OPVOEDING
Wij zijn het niet eens
Hij koos niet alleen voor mij, hij kreeg er een ventje bij van net 1 jaar. Aanvankelijk ging alles goed. Mijn zoon sloot snel een vertrouwensband met mijn partner. Dat merkte ik en dat maakte mij intens gelukkig. Ik was moeder én verliefd. Mijn partner gaf aan dat hij het erg leuk vond met zn drieën. Pas onlangs gaf hij te kennen dat hij deze periode bijzonder moeilijk vond. Wat zonde dat we dit toen niet hebben kunnen bespreken, dan was het misschien makkelijker geweest. Hij had moeite met het contact met de bio vader, dat mijn zoon snachts veel huilde en slecht at. Inderdaad, in de extreemste nachten stond ik vijf keer aan zijn bedje om hem te kalmeren. Nam hem in mijn armen of gaf hem een fles. Hij was het niet eens met mijn aanpak maar ik vond dat ik naar mijn gevoel moest luisteren. Achteraf zei mijn partner dat hij zelf ook moeite had met doorslapen door het gehuil. Kleine probleempjes.
Kleine probleempjes groeien. Zo ook mijn zoon. Een echte wildebras, een driftige peuter en een mooi en gevoelig kind. Ik heb nooit van mijn man verwacht dat hij hem als eigen zoon zou beschouwen, hij heeft immers een vader die een grote rol in zijn leven speelt, toch betrok ik mijn man veel bij de opvoeding. Vertelde waar ik tegenaan liep en vroeg hem om zijn mening. Hij vond mij te soft ik hem te streng. Af en toe was ik blij met zijn mannelijke inbreng wanneer hij me kon bijstaan. Dat we het niet helemaal eens waren viel nog niet op in de praktijk.
(dat was achtergrond informatie)
Dit veranderde eigenlijk pas op de kleuterschool. Het kereltje bleef driftig, werd drukker en we wisten niet dat het bestond op vierjarige leeftijd maar hij werd brutaal. Mijn man begon heftiger op hem te reageren waar ik het dan weer niet mee eens was. Mijn man kon bijvoorbeeld van niveau 0 naar 10 schieten om wiebelen op een stoel, spelen met het bestek, in de gang rennen, peuterachtig nee zeggen enz. Verhitte discussies hebben we gevoerd. Vaak probeerde ik hem wat tactieken uit te leggen maar hij deed het af met 'jullie theorie mensen weten uiteindelijk niks en kunnen niks' (n.a.v. de pedagogische HBO studie die ik heb afgerond.) Na aandringen van mijn kant op het belang van een gezamenlijke aanpak hebben we een aantal keren wat afspraken gemaakt over welke straf bij welk gedrag paste en dat we elkaar als opvoeders moeten versterken.
Beide lukte het ons niet om ons aan deze afspraken te houden. Als mijn man een slechte bui had en mijn zoon wiebelde op zijn stoel dan werd er door hem geschreeuwd. De raarste consequenties die onmogelijk door ons uitgevoerd konden worden werden mijn kind toegesnauwd. Daarna ging ik de mist in en nam ik het onmiddelijk voor mijn zoon op en ontkrachte mijn man in woord waar mijn zoon bij was.
De kleuter is slim.. dat weten we wel. Wanneer er nu iets gebeurd kijkt mijn herrieschopper naar mij om te bepalen of ik mij tegen de strafgever keer. Er is een ongezonde situatie ontstaan. Er is veel ruzie geweest.
Wanneer ik op school had gehoord dat Tasmanian devil in zijn enthousiasme een aantal kinderen had zeer gedaan óf weer de hele ochtend meer om zijn stoel had gesprongen dan erop had gezeten durfde ik dat verhaal niet te delen met mijn man. Geen trek in:
- zie je wel, jij kan die jongen niet aan
- ik durf hem niet alleen bij mijn dochter te laten
- je bent te mild voor hem
- het komt door zijn vader
Mijn moedergevoel zegt namelijk wel dat het in orde komt. Dat alle kinderen anders zijn. Dat de goede communicatie met de leerkrachten al veel opgeleverd heeft. Dat hij ouder wordt en beter met zijn energie leert omgaan. Dat ik zoveel van hem houd, vooral dat.
Dat kan ik niet meer delen.
'Ik krijg uiteindelijk altijd gelijk,' uit quotes van mijn man.
Ergens begin dit jaar gooide mijn man schoenen naar mijn kind omdat hij straf kreeg. Ook was ergens rond die tijd door hem besloten dat hard huilen ook gestraft moest worden en dat mijn 'moderne' en 'vrije' manier van opvoeden blijkbaar geen effect had. Dit was mijn logica voorbij en sindsdien heb ik hem verzocht dat hij zich niet meer bemoeit met de opvoeding van mijn kind. Dat hij zich aan mijn opvoedregels kan aanpassen of zijn spullen kan pakken. Gek genoeg is dit uitgangspunt voldoende om hem uit de nek van mijn zoon te krijgen.
Dat is mooi voor iedereen. Maar dit is beslist niet de basis die ik voor ogen had. Ik begrijp dat er discussiepunten zijn in de opvoeding en dat daar nieuwe leer uit gehaald kan worden of misschien moet er soms gezocht worden naar acceptatie van elkaars verschillen. Toch lukt het ons niet om daar maar iets bij in de buurt te komen. Daar maak ik me zorgen om, wanneer we niet verder gaan als partners hebben we nog wel de gedeelde zorg voor onze twee jongste kinderen.
En nog even kort over het gezinsleven. Die is er niet. (Voorruit amper). Gaan we eens weg of zijn we eens thuis dan genieten we een een klankbord van zuchten en steunen afkomstig van mijn mede volwassene. Gehuil staat bovenaan zijn top 15 der ergernissen. En toch, die kindertjes, janken wat af de eerste jaren. Rommel staat er ook in trouwens net als geklieder. Surprise! Dat gaat immer door, zelfs op vakanties en familiedagen. Hoera voor kinderen.
Natuurlijk vraag ik hem waarom wil je nog een kind? Voel je je wel gelukkig met kinderen? enzovoorts. Hij vindt het ook mooi zegt hij, en, wat is er anders voor een volwassene?
Heel af en toe herken ik dat. Laatst lag ik op bed met het raam open. Ik hoorde mijn man en zoon samen wat kletsen en lachen. Geen stress, geen strijd. Alleen een jongetje die iets leert van een vriendelijke man, namelijk schroefjes vasthouden en geven. Opgelucht dacht ik, ja, ook hij kan genieten van het ouderschap. Dat heb ik lang niet meer gehoord of gezien.
reacties (0)