Week 3

Week 3
Je baby is nog minder dan 1 mm groot.
Je baby is nog minder dan 1 mm groot.
In deze week zal waarschijnlijk je eisprong plaatsvinden.
Een eicel maakt zich vrij uit een van de twee eierstokken en begint zijn reis naar de baarmoeder.
Een zaadcel heeft nu 12 tot 24 uur de tijd om het eitje te bevruchten.
De reis gaat via de eileider en het eitje zal hier 300 miljoenen zaadcellen tegenkomen, maar één zaadje kan het eitje bevruchten, hierna wordt de eicel hermetisch afgesloten voor anderen.
Als het eitje wordt bevrucht door een zaadcel begint het zich direct te delen en vervolgd zijn weg, al gauw wordt het een trosje van tientallen cellen.
Het bevruchtte eitje heeft nu 64 chromosomen, wat de blauwdruk van jouw kindje is zoals het er later uit komt te zien en hoe het zich ontwikkeld.
Zo'n dertig uur naar de bevruchting deelt het bevruchte eitje zich in twee identieke cellen, na tien uur delen de cellen zich weer, naar vier cellen. Na drie dagen zijn er zestien cellen.
Na vier dagen is het een hompje van meer dan honderd cellen.
En naar zes dagen zijn het al honderd en vijftig cellen.
Het eitje wordt nu blastocyst genoemd en lijkt op een klein besje.
Het bestaat uit twee lagen: de buitenste wordt later de placenta, het binnenste de baby.
In de eerstvolgende dagen zweeft de blastocyst vrij rond in de baarmoeder en wordt gevoed met een soort melk uit de klieren van de baarmoederwand.
Tegen het eind van de derde week begint het besje zich te hechten aan de verdikte baarmoederwand, wat we implantatie noemen.
Als dit gebeurd is, spreken we van conceptie.
Ondertussen wordt door het hormoon oestrogeen en progesteron de baarmoeder gereed gemaakt zodat het bevruchte eitje zich kan innestelen, dit duurt ongeveer een dag of drie, en zolang duurt het ook voor het eitje in de baarmoeder is aangekomen.
De innesteling van de eicel vindt weer ongeveer vier dagen later plaats, dit gaat soms gepaard met een beetje bloedverlies, waardoor sommige vrouwen denken nog een lichte menstruatie gehad te hebben.
Bij de bevruchting staat het geslacht van jouw kindje al vast, de natuur weet al of het een jongen of meisje gaat worden.
Normaal gesproken komt er maar één eicel per cyclus vrij.
Komen er twee eicellen vrij, dan kan dit tot een tweeling leiden, je spreekt dan over een twee-eiige tweeling, dit kunnen dus ook een jongen en een meisje zijn die niet op elkaar lijken.
Als er maar één eitje vrijkomt en bevrucht wordt, en zich splits na de eisprong, dan ontstaat er een ééneiige tweeling, de kindjes zijn dan van hetzelfde geslacht en zullen erg op elkaar lijken.
Al kun je nog niet testen of je zwanger bent, er zijn veel vrouwen die zich toch anders voelen en een vermoeden van de bevruchting hebben, en later heel duidelijk kunnen zeggen wanneer de bevruchting heeft plaats gevonden.

353 x gelezen, 0

reacties (0)