Bevallingsverhaal / deel 6

...Ze vraagt hoe het met me gaat en nodig me uit voor een koffiemomentje voor ouders, blijkbaar iedere woensdagochtend. Echt, moet dat nu?!...


Ongeveer een uur na mij arriveert m’n vriend en op een andere afdeling word een koppelstukje voor de sonde gevonden. We pakken onze spullen uit en proberen te wennen aan onze nieuwe omgeving. In ons streekziekenhuis heeft iedereen een eigen kamer en mogen ouders bij hun baby blijven slapen, daar zijn we heel blij mee. Voor mij word een ziekenhuisbed geregeld en m’n vriend kan op de slaapbank slapen. Door de verhuizing vanuit het AZ heb ik mijn controle bij de verloskundige daar moeten afzeggen. In AZ hadden ze aangegeven dat ik dit moest melden in het streekziekenhuis, zodat daar alsnog mijn hechtingen gecontroleerd zouden worden. Ik heb veel jeuk en irritatie, maar is dit genezing of is er iets aan de hand? Om een controle te krijgen was nog zo makkelijk. De couveuse verpleging kan dit niet en geeft ook dat m’n zoontje hier opgenomen is en niet ik. Dat begrijp ik wel, maar wiens verantwoordelijkheid is mijn zorg nu op dit moment dan? Omdat we nu in het streekziekenhuis zijn hebben we ook geen kraamverzorgster meer. Maar is dit nu dan de taak van de gynaecoloog of m’n eigen verloskundige thuis? Niemand schijnt er een antwoord op te weten. Uiteindelijk komt er een verpleegkundige van de kraamafdeling toch even alle routine controles uitvoeren. Ze zegt dat alles er netjes uit ziet en ik ben weer eventjes gerust gesteld.


M’n zoontje krijgt z’n eigen voeding en er wordt een kolfapparaat gehaald en op onze kamer gezet. Er wordt ook een afspraak gemaakt met de lactatie deskundige, want ook die afspraak kon door de verhuizing niet doorgaan. Ze komt a.s. donderdag, dat is over 3 dagen. Tot die tijd sukkelen we door met kolven, maar ik blijf steken op die kleine beetjes borstvoeding.


Als alles geregeld is, de verpleging weer door gaat naar andere baby’s en we wat gesetteld zijn lichten we onze ouders in dat we inmiddels weer in het streekziekenhuis zijn. Door alle hectiek van de dag hebben we daar eerder geen kans voor gehad. Nu we weer redelijk dichtbij zijn wil iedereen weer op bezoek zijn, maar alleen het idee hiervan al grijpt me direct naar de keel. Ik wil geen mensen om me heen. Ik wil gewoon hier zijn, alleen. Met m’n vriend en m’n zoontje. En af en toe een verpleegkundige als het nodig is. Want vanwege de rooming-in doen we nu bijna alles zelf. Alleen de voeding wordt gemaakt door de verpleging en zij controleren of de sonde nog op de juiste plek zit. Verder doen we alles zelf, ook het toedienen van de sondevoeding via spuiten. M’n vriend snapt wel dat iedereen ons wil zien, maar begrijpt ook dat ik daar geen behoefte aan heb. Daarnaast moest hij nu ook weer aan het werk en dat combineren zal al pittig genoeg zijn. We spreken af de komende dagen eventjes niemand en volledige rust. Voor ons zoontje zorgen en slapen. En de eerstvolgende die op bezoek mogen komen zijn mijn ouders, schoonouders en m’n vriends oma. Ze is al behoorlijk op leeftijd en het was voor haar niet mogelijk om naar het AZ te komen, dus zij heeft ons zoontje ook nog niet mogen ontmoeten.


Dag 9. Weer een mijlpaal. Ons zoontje heeft 24 uur lang geen alarmen of schommelingen laten zien op de monitor. De monitor mag eraf. Dat is eventjes wennen, want er is nu geen schermpje meer waarop kunnen zien hoe het met z’n ademhaling gaat. Ruim een week gaf dat schermpje ons alle informatie; goed en slecht. Ik moet erop vertrouwen dat het goed is zo. En het verdwijnen van de monitor betekent ook dat ons zoontje nu volledig kabel vrij is. Heerlijk! Het voelt zo fijn om je baby’tje eindelijk vast te kunnen houden zonder als die slangen eraan vast.


De daaropvolgende dagen draaien volledig rondom zelfstandig leren drinken. Het gaat zeer traag en moeizaam. Hij krijgt 8x per dag 70 ml aangeboden, maar daarvan drinkt hij nog geen 30 ml zelfstandig. Het drinken kost hem enorm veel energie. Hij raakt snel buiten adem of valt in slaap. Over iedere voeding doen we ’n uur en dan kolf ik ook nog eens minimaal 8 per dag. De verpleging helpt en ondersteunt waar ze kunnen, maar onbedoeld zijn hun adviezen heel tegenstrijdig en dat bezorgd me veel stress. We leren alle trucjes om een baby alert te houden en beter te laten drinken. Telkens word ons ook weer een andere voedingshouding geadviseerd. Om vervolgens door de volgende verpleegkundige weer afgekeurd te worden, want zo doe je dat toch niet. De ene verpleegkundige zegt dat maar lekker veel met hem moet knuffelen en buidelen, want dat is zo belangrijk. De andere zegt dat hij nu voornamelijk moet rusten en slapen, zodat hij al z’n energie kan bewaren voor het leren drinken en optimaal kan aansterken. Ik word er soms een beetje moedeloos van en het leid regelmatig tot tranen wanneer de verpleging de kamer weer verlaat. Maar op één gebied steunen ze me allemaal, en dat is de moeizame borstvoeding. 

1008 x gelezen, 5

reacties (0)