Misschien leek het in mijn vorige blog alsof alles slecht was en ik totaal onverschillig tegenover Sientje ben. Dat is niet zo.
Ik vind Sientje ontzettend lief. Mijn hart smelt als haar oogjes langzaam dichtvallen en ze mij nog 1 kleine, gelukzalige glimlach geeft. Als ze bij het wakker worden met een grote kir mij een brede lach geeft, lach ik net zo breed mee. Ik raak vertederd als ze, zoals nu, tevreden knorgeluidjes maakt als ze slapend in mijn armen ligt. Ik wil haar soms helemaal onderzoenen als ze tijdens het drinken mijn borst er bijna af aait.
Maar er is ook een andere kant. Dat is de kant van drie keer per dag de klodders zure spuug uit mijn haar pulleken. Dat is de kant van het gehuil als ik net met een kopje thee op de bank wil zitten na een hele dag zorgen, kussen, voeden, spelen, wandelen, zingen en wiegen. Dat is de kant van het heel snel een boterham naar binnen werken met Sientje op mijn ene arm en mijn andere arm die probeert om Aagje in haar tafelstoel te laten zitten. Dat is de kant van die hele bergen was die een baby en een peuter met zich meebrengen. En dat alles terwijl de gebroken nachten hun tol beginnen te eisen en mijn werk, hoewel het absoluut energie geeft, ook heel veel energie van mij neemt.
Ja, ik heb zelf gekozen voor een tweede kindje maar ik had me niet gerealiseerd hoe zwaar het was. Ik had me niet gerealiseerd hoe goed Aagje en ik op elkaar zijn ingesteld, hoe prettig het ritme is dat we samen hetbben ontwikkeld. Ik weet dat ons ritme en Sientjes ritme vanzelf zullen samenvloeien en we een nieuw, maar ook heel goed ritme zullen krijgen. Dat ze met z'n vieren heel goed op elkaar zijn ingesteld.
Maar zo ver is het nog niet. Ik heb steeds het gevoel dat ik mezelf in twee moet delen. Steeds kom ik een paar handen tekort. Steeds is er voor beide te weinig aandacht en voor mij te weinig rust.
2 reacties in het bijzonder hebben wel wat veranderd. De ene reactie was 'mijn baby was ook niet zo blij met het baby-zijn'. Ik denk inderdaad dat mijn kinderen gewoon niet blij zijn als baby. Mijn jongste lijkt erg op de oudste in sommige gevallen. De nieuwsgierigheid, alles willen zien en vooral alles opnemen. En dan alles vooral niet kunnen verwerken. Veel willen maar niets duidelijk kunnen maken aangezien ik zo'n moeder ben die babygehuil niet verstaat. Beide hadden last van spugen en wat lucht in hun buikje. Tot voor kort was Sientje mijn vijand. Want Sientje was een baby en ik vond baby's niet leuk. Nu besef ik me dat Sientje het ook helemaal niet leuk vindt om een baby te zijn. He, we zijn bondgenoten geworden! Sientje is niet langer mijn tegenstander, vanaf nu kunnen we samen vechten tegen de babytijd. Kom maar lief meisje, mama helpt je er wel doorheen. Samen komen we er wel uit. Veel meiden vinden hun peuterpuber lastig, mijn Aagje is nog nooit zo makkelijk geweest sinds de de terrible two nadert. Natuurlijk voel ik me opgelaten als ze midden in de supermarkt een driftbui krijgt en natuurlijk haalt ze ook weleens het bloed onder mijn nagels vandaag, maar het is gedrag waar ik in ieder geval iets mee KAN. Het is fijn om te zien dat je dochter gewoon zo lekker in d'r vel zit en het is vervelend als je ziet dat je andere dochter het gewoon allemaal niet weet.
Een andere reactie was 'Sientje is ook zo snel drie maanden geworden!' Shit he, je hebt gelijk! Ze is AL 3 maanden. Ze is geen newbon, ze is niet meer heel klein, ze is niet meer pasgeboren, ze is al 3 maanden! Wat een openbaring. Opeens begreep ik dat ze huilde als ze in de kale box lag. Opeens zag ik in waarom ze niet meer rustig op mijn borst wil liggen. Ze is gewoon al 3 maanden! De box is dus gepimpt en kan Sientje zich zomaar een kwartier vermaken met haar ontdekkingstocht door de box.
Niet dat we zijn verhuisd naar de roze wolk. Nee, ik vind het nog steeds irritant als werkelijk waar elk vezeltje van mijn kleding of huid zuur ruikt. Ik kan nog steeds boos worden als er tijdens het drinken een boertje dwarszit en Sientje alleen maar giftig aan het krijsen is waardoor ze het boertje niet kan laten (maar zolang het boertje er zit, ook niet kan drinken dus hallo vicieuze cirkel). Ja, dan bjit ik haar weleens toe 'Sien, doe normaal!' En nee, ik vind wiegen en zingen tot ik er bijna letterlijk bij neerval nog steeds niet leuk.
Maar het is rustiger. Misschien moest ik het even kwijt, misschien had Sien een sprongetje, misschien is het stilte voor de storm maar vooralsnog lijkt het weer wat rustiger te worden.
Ik vind Sientje echt wel lief. Ik vind haar enorm schattig en aandoenlijk en ik ben ontzettend trots dat ik haar moeder mag zijn. Echt waar.
Is dat liefde? Misschien wel. Het is niet de liefde die ik voor Aagje voel. Aagje ken ik. Ik kan je zoveel leuke, mooie karaktereigenschappen van Aagje opnoemen. Ik raak niet uitgepraat over alle schattige dingen die ze doet en alles aan haar is me enorm dierbaar. Zo voel ik het voor Sientje niet, zoals ik het voor Aagje ook niet altijd heb gevoeld. Dat komt vanzelf, als ik Sientje leer kennen en ik haar unieke eigenschappen mag gaan zien. Dat komt wel als Sientje een mensje wordt, een individu, een meisje met haar eigen aardigheden (nee, geen spatie teveel). Het is in ieder geval moedergevoel, zoals ik die vanaf het begin gehad heb. De drang om te zorgen, om te beschermen. Ook al duw ik haar zo snel mogelijk in manliefs armen als hij uit zijn werk thuiskom, tegelijkertijd weet ik niet hoe snel ik haar weer uit zijn armen moet plukken als ze begint te huilen. Ga weg, kom hier! Ga slapen, wordt wakker! We hadden nooit voor een tweede moeten gaan, ik zou je nooit meer willen missen. Het is gewoon de achtbaan van het moederschap en die kan enorme loopings maken. En ook al heb ik geen zin, elke dag opnieuw zal ik weer opnieuw in moeten stappen en aan het einde van de rit is het, het allemaal waard geweest.
Een paar dagen geleden had ik een down, nu gaan we weer richting de up. En ik weet dat er nog vele ups en downs gaan komen maar ik weet ook dat er ergens in mijn hart een plekje voor Sientje is.
reacties (0)