Maand 15

Je peuter is erg nieuwsgierig naar de wereld om hem heen! Moedig je kind aan om zijn wereld te verkennen. Er is zo veel voor hem om te zien, te horen, aan te raken, te proeven, te bouwen, omver te gooien, te beklimmen en te manipuleren. Je stille baby is nu omgetoverd tot een peuter die vol zit met energie en hij verlangt ook van je dat je het tempo opvoert. Hij is waarschijnlijk de hele tijd in beweging - kruipend, lopend, rennend en vliegend. Het kan vermoeiend zijn, maar denk aan alle dingen die hij aan het leren is. Als je je kind in de box stopt, heeft hij minder gelegenheid om actief te leren, dus dit dient enkel gedaan te worden als het echt nodig is.

Je kind houdt er waarschijnlijk van om te klimmen en vooral om dit in zijn eentje te doen. Hij denkt dat hij geen hulp nodig heeft. Hij kan de trap opklauteren, op stoelen en tafels klimmen en kan ook uit zijn bedje of de box klimmen. Hij kan goed lopen en misschien zelfs al een beetje rennen. Je kleintje kan eenvoudige instructies opvolgen, kan je soms vertellen wat hij wil en kan naar bekende dingen wijzen in een boekje. Je kind leert over verschillende texturen, maar houdt waarschijnlijk niet van plakkerige dingen.

Je kind is een expert geworden in dingen in zijn mond stoppen. Het slechte nieuws is dat hij regelmatig dingen in zijn mond stopt die daar niet horen. Het goede nieuws is dat hij steeds beter zelfstandig kan eten. De maaltijd verloopt soepeler en hij vindt het fijn om met het gezin samen te eten. Er is geen reden meer om voedsel te scheiden - hij kan eten wat je eet!

Neem, omdat dit de jaren zijn waarin je kind grote kans heeft op ongelukjes, voorzorgsmaatregelen om de omgeving van je kind zo veilig mogelijk te maken. Jonge kinderen weten niet hoe ze zichzelf moeten beschermen, dus is het je taak om ervoor te zorgen dat je kind veilig is.

Voorkom dat je kind van de trap of uit het raam valt door veiligheidshekjes en raamvergrendelingen aan te brengen.

Laat geen stoelen onder open ramen of kastjes staan.

Bedek stopcontacten.

Houd je kind uit de buurt van hete fornuizen en radiatoren.

Doe deuren die leiden naar gevaarlijke ruimten op slot.

Zorg ervoor dat gevaarlijke substanties achter slot en grendel zitten of goed afgesloten zijn

Ontwikkeling: Fysiek

• Kan goed lopen.
• Probeert te rennen.
• Klimt uit bedjes/kinderstoelen.
• Loopt trappen op met hulp.
• Houdt ervan om te dansen.
• Kan met kleine ballen gooien - mogelijk scheef.

Ontwikkeling: Cognitief

• Kan op lichaamsdelen wijzen.
• Kan naar eenvoudige, bekende voorwerpen wijzen.
• Zou 4-5 woorden kunnen zeggen.
• Kan simpele instructies uitvoeren.
• Zou om dingen kunnen vragen .

Ontwikkeling: Emotioneel

• Houdt van aandacht.
• Houdt er niet van om compromissen te sluiten.
• Herkent zichzelf in spiegels en op foto's.
• Herkent bekende gezichten op foto's.
• Vindt het niet leuk om in zijn eentje te spelen.

Geschikt speelgoed

• Speelgoed waar je op kunt rijden.
• Muziekinstrumenten.
• Boekjes.
• Ballen.
• Poppen.
• Grote auto's en vrachtwagens.
• Sorteerspelletjes.
• Nepvoedsel.
• Dokterskoffertje.
• Klimconstructies.
• Blokken.

Maand 14Maand 16

• SHARE
• PIN
• Volg ons